Dezer dagen is er in Voorschoten veel te doen over vertrouwelijkheid. Omdat GroenLinks altijd heeft gepleit voor openbaarheid in overleggen, wil ik hier wel iets over kwijt tegen onze achterban, onze kiezers en eigenlijk alle inwoners van Voorschoten. Dit gaat immers niet alleen over partijpolitiek maar zeker ook over een politieke cultuur.
Ongeveer een jaar geleden heeft GroenLinks ervoor gepleit dat noch college noch raad aanwezig zou zijn bij vertrouwelijke overleggen over de eventuele RijnlandRoute. Wij vonden en vinden dat we niets hebben aan informatie waarmee we niets kunnen doen en dat deze een transparante politiek onmogelijk maakt. Juist rondom de RijnlandRoute is zoveel vaag en gehuld in vertrouwelijke mist, wat een transparante besluitvorming niet ten goede komt, dat we niet deel wilden uitmaken van dit spel. Daarom hebben we toen besloten niet meer bij vertrouwelijke overleggen met derden aanwezig te willen zijn.
En ook nu willen we alles aangaande de RijnlandRoute in de openbaarheid bespreken, ook de koers van het huidige college. Daarom weigeren wij bij besloten raadsoverleggen aanwezig te zijn. Laat de discussie maar openbaar zijn: inhoudelijk en op basis van vertrouwen. Dat betekent dus niet dat wij direct met moties van wantrouwen zullen zwaaien. Wij hebben dat nooit gedaan en zullen dat ook in de toekomst niet doen. Wij zien immers ook hoe zwaar de druk op onze bestuurders is om het onacceptabele te accepteren.
Overigens heeft GroenLinks door de jaren heen steeds gepleit voor openbaarheid van overleg en informatie en we zijn op zich blij dat deze discussie nu breder wordt gevoerd.
Wat de kwestie de Horsten betreft: vanaf het begin ben ik alert geweest op de gang van zaken, heb ik aangegeven, met anderen, dat er een openbare procedure moet worden gevolgd en om informatie gevraagd. Dat staat. Het is dus beslist niet zo dat we in een keer de achterkamertjes zijn ingedoken. Het is ook niet zo dat er stiekem een bouwvergunning is verleend: het wachten was op de openbare procedure die nog moet beginnen.
Naar de pers toe ben ik wel terughoudend geweest. Ik vind dat de discussie hierover eerst met raad en college gevoerd moet worden. In het seniorenconvent zelf en in de raad moet de discussie plaatsvinden over de vertrouwelijkheid, niet eenzijdig en uitvergroot in de pers.
Omdat mensen blijkbaar de discussie over de vertrouwelijkheid in convent, raad en college liever via de pers dan binnen en met deze organen voeren, is het onderlinge vertrouwen geschonden. Dat was al aangetast door de gang van zaken in de vorige raadsperiode. Zonder onderling vertrouwen echter brengen we niets tot stand. Daarom zal hier hard aan gewerkt moeten worden.