Alleen die varianten die de RijnlandRoute goed inpassen in de omgeving worden in de tweede fase van het onderzoek naar de milieueffecten meegenomen. Het gaat daarbij om het N11-Westtracé, de Churchill Avenuevariant en Zoeken naar Balans. Dat is de keuze die Gedeputeerde Staten (GS) maken op basis van uitkomsten van het milieueffectrapport (MER, eerste fase) voor de RijnlandRoute. Zij stellen voor het spoortracé niet mee te nemen. Gedeputeerde Verkeer en Vervoer, Asje van Dijk: "De tracés die nu over zijn, hebben een goede potentie. Welke de beste is, moet het onderzoek in de tweede fase van de MER uitwijzen."

Het aantal tracés is met deze keuze teruggebracht van vier naar drie. Met name het aantal varianten binnen deze tracés is teruggedrongen van negen naar vier. Voor het N11-Westtracé wordt gekeken naar een variant waarbij de RijnlandRoute zowel in Voorschoten als de Stevenshof verdiept wordt aangelegd en een variant waarbij de weg in een tunnel onder Voorschoten door gaat en bij de Stevenshof verdiept wordt aangelegd. De Churchill Avenuevariant volgt het huidige tracé en heeft een ondertunnelde en overkapte ligging in stedelijk gebied van Leiden.

Spoortunneltracé en maaiveldvarianten vallen af

In het MER wordt onder andere voorgesteld om het zogenaamde spoortracé te laten afvallen. Hoewel het spoortracé milieutechnisch goed scoorde in het MER, is het afgevallen om een aantal redenen. Ten eerste zijn de kosten van 1,3 miljard euro substantieel hoger, dan van andere tracés. Zo blijkt dat het spoortracé ruim 500 miljoen euro duurder is dan het tracé uit Zoeken naar Balans, dat de bestuurlijke voorkeur heeft van de minister en de gedeputeerde naar aanleiding van de Integrale Benadering Holland Rijnland.

Daarnaast zijn de risico's bij de aanleg te groot. "De eerste fase van het onderzoek naar de milieueffecten van de RijnlandRoute levert geen eenduidig beeld op; er is geen tracé dat er duidelijk uitspringt", zegt Asje van Dijk. "In overleg met de regio hebben we gekozen voor die varianten die goed in te passen zijn. Zo zijn ook enkele varianten binnen de tracés met een slechte inpassing afgevallen. We vinden een tracé door Leiden op maaiveldniveau of langs Voorschoten en de Stevenshof op maaiveldniveau onacceptabel."

Zoeken naar Balans toegevoegd

De minister heeft in het bestuurlijk overleg MIRT in oktober een gemaximeerde bijdrage voor de RijnlandRoute toegezegd. Er is tijdens het overleg een voorkeur uitgesproken voor het oplossingscluster Zoeken naar Balans. Dit oplossingscluster is als alternatief toegevoegd aan de eerste fase MER en gelijkwaardig aan de andere varianten onderzocht. Dit tracé volgt grotendeels het N11-Westtracé. De aansluiting met Leiden loopt alleen niet via de Voorschoterweg, maar sluit met een bypass via de Oostvlietpolder aan op de Europaweg. Ook dit tracé wordt meegenomen in de tweede fase MER.

Inspraak

GS stellen Provinciale Staten nu voor in te stemmen met het rapport eerste fase MER RijnlandRoute en daarmee met het voorstel om met deze tracés (N11-West, Churchill Avenue en Zoeken naar Balans) de tweede fase van de MER in te gaan. Na vaststelling van dit rapport, wordt het voor inspraak vrijgegeven. Dit zal naar verwachting in april van dit jaar gebeuren. De inspraakreacties leiden tot aanpassing van de richtlijnen voor de tweede fase MER. Het definitieve tracébesluit vindt dan begin 2011 plaats.

 Het MER-rapport eerste fase en bijbehorende stukken zijn te downloaden van de website van de RijnlandRoute: www.rijnlandroute.nl.